8. Hij (zij), die de hem (haar) voor de uitvoering van deze regeling gevraagde gegevens opzettelijk on juist of onvolledig verstrekt, verliest elke aanspraak op een bijslag. 19 DECEMBER 1918. 869 Voor hen, die na dien datum in dienst komen, ge schiedt de berekening naar den toestand op den dag van in diensttreding. Ingeval dezei regeling van kracht blijft, wordt de berekening herzien naar den toestand op 1 -Januari van het jaar, waarvoor zij geldt. 5. Indien bij gehuwden beiden behooren tot de amb tenaren, werklieden enz., bedoeld in deze regeling, wor den voor de toepassing daarvan hunne gezamenlijke in komsten als één geheel beschouwd. 6. Aan hen, die slechts gedurende een deel van een jaar eene betrekking bekleeden, die op bijslag aan spraak geeft, worden zooveel twaalfde gedeelten van den bijslag toegekend als het aantal maanden van hun dienst in die betrekking bedraagt. Bij deze berekening wordt een tijdvak van 15 dagen of meer als eene volle maand aangemerkt en een tijd vak van minder dan 15 dagen verwaarloosd. Bedraagt de duur van het tijdvak, waarover de dienst, als in het eerste lid bedoeld zich uitstrekt, minder dan 30 dagen, dan wordt geen bijslag verleend. Bij de be rekening van dien duur blijft het bepaalde in het vorig lid buiten toepassing. 7. De bijslag wordt uitgekeerd overeenkomstig de door burgemeester en wethouders daaromtrent te geven voorschriften. 9. Bij het in werking treden van deze regeling ver vallen alle vroegere op dit punt vastgestelde bepalingen. De VOORZITTER, dit punt aan de orde stellende, wijst erop, dat burgemeester en wethouders hun stand-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 869