890
27 DECEMBER 1918.
10. Prae-advies van burgemeester en wethouders
op het adres van de N. V. Teteringsche stoomlucifers-
fabrieken voorheen Dijk er man en C°. te Teteringen,
vergunning verzoekende om huis-, hemel- en condensatie-
water ten behoeve van hare nieuwgebouwde kantoren,
gelegen aan den Weg naar Terheijden onder de gemeente
Teteringen, in het gemeenteriool van Breda te mogen
loozen.
Bij dit prae-advies zijn gevoegd de adviezen van de
gezondheidscommissie en den waarnemend directeur
van openbare werken, alsmede een ontwerp-besluit,
bevattende de voorwaarden, welke burgemeester en
wethouders aan eene eventueel te verleenen vergunning
wenschen te verbinden.
De heer ZIJLMANS wijst er op, dat onder
voorwaarde b sprake is van een cementen vergaarbak
van 6 c.M.dit is doch zeker een misverstand?
De VOORZITTER antwoordt dat het 60 c.M moet zijn.
Zonder bedenking wordt alsnu besloten aan
adressante de gevraagde vergunning tot we
deropzegging te verleenen onder de volgende
voorwaarden
b. dat op adressantes eigendom moet worden ge
maakt een waterdicht gemetselde of cementsteenen
vergaarbak, groot 16 d.M2. en diep 60 c.M., waarvan
de uitloop in de richting naar het gemeenteriool, moet
liggen 3 d.M. boven den bodem van den put en moet
zijn voorzien van een ijzeren rooster met spijlen welke
onderling niet verder dan 1 c.M. van elkander ver
wijderd zijn
a. dat niet anders dan huis-, hemel- en conden-
satiewater in het riool zal mogen worden afgevoerd