kjhh*^£i£
27 DECEMBER 1918.
939
tot de zooeven door hem aangeduide categorie een
zekere aanspraak op bedeeling
De heer GRUIJS leest zijn motie nogmaals voor.
De VOORZITTER deelt mede, dat intertijd door
medici een onderzoek is ingesteld betreffende de onder
voeding en kleeding der schooljeugd en dat de toestand
vrij gunstig was.
De heer BOSSERS wenscht uit eigen ondervinding
iets mede te deelen.
Uitgezonderd de kinderen die ziek zijn, is de toestand
van de voeding der kinderen gedurende het afgeloopen
jaar, zonder dat er van gemeentewege maatregelen
genomen zijn, niet merkbaar achteruit gegaan. De
totale indruk is niet minder dan van andere jaren.
De heer FEÖER gelooft, dat de motie-G r u ij s niet
veel succes zal hebben. Hij gevoelt/goonszino voor het
beginsel de kinderen der kostelooze school van gemeen
tewege in voeding en kleeding tegemoet te komen,
Bovendien weet men niet, wat het kost. Er wordt een
greep gedaan uit de gemeentekas zonder dat men op
stukken na weet, wat het kosten zal. Dit maakt de
motie onaannemelijk. Spreker zal dan ook tegenstemmen.
De heer GRUIJS zegt, dat zijn motie niet anders
inhoudt, dan B. en W. uit te noodigen met voorstellen
te komen. Er wordt heelemaal niet gezegd, hoe die
voorstellen er uit moeten zien. Het geldt slechts een
beginsel. Hoever B. en W. zullen gaan, kan hij niet
uitmaken.
De VOORZITTER vraagt of de motie ondersteund
wordt.
De heer BOGMANS ondersteunt de motie.
-^4