942 27 DECEMBER 1918. voorzien zijn, en het wethoudersambt als een luxe postje, als een eerebetrekking mee kunnen nemen. Menschen, die door hunne capaciteiten op deze hoogte geplaatst zijn, doch geen geld hebben, kunnen daarom niet mededingen. Spreker gaat daarom volkomen met het voorstel K a n t e r s mee. De heer MOLL ondersteunt ook het voorstel K a n t e r s. De heer HORNIX wil een ander denkbeeld aan de hand doen. Hij wil de werkzaamheden der wethouders eenigszins verminderen door het aantal wethouders tot vier uit te breiden Er kan dan een speciale wethouder voor de distributie-aangelegenheden worden benoemd. De VOORZITTER acht dit een punt van ernstige overweging. Hij meent echter, dat, als het salaris der wethouders wordt verhoogd er dan ook mannen moeten worden genomen, die er geen zaak meer bij doen. Zoolang echter het wethouderschap geen vaste betrekking is, acht hij verhooging niet noodzakelijk. De heer VAN IERSEL vindt het gevraagde op de begrooting als tegemoetkoming voldoende. Waar zoovele offers voor de gemeente worden gebracht, acht ook hij verhooging niet noodzakelijk. De heer GRUIJS zegt, dat er in dezen democratischen tijd straks wethouders kunnen worden gekozen, die het werkelijk noodig hebben. Dan kan van een salaris van f 1200. - geen sprake zijn. Daarmee kunnen zij niet rondkomen. Men mag geen rekening houden met het feit dat de gemeente op het oogenblik in den gelukkigen toestand verkeert, dat zij wethouders bezit, die het niet noodig hebben. Laat de raad daarom het voorstel K a n t e r s ondersteunen EEN STEM: Dan is f 2000.ook te weinig.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 942