970 27 DECEMBER 1918. Een onderzoek naar de kosten van herstelling der portretten in het gemeentehuis is uitgesteld door de buitengewone tijdsomstandigheden. Wij achten het geen bezwaar thans dit onderzoek te doen instellen, waarna de raad met den uitslag daarvan in kenpis zal worden gesteld. Zonder bedenking worden deze posten goed gekeurd. De heer CERUTTI vraagt bij de behandeling van Hoofdstuk X of er bezwaar bestaat om den post voor de Kamer van Koophandel te verhoogen. De heer ZIJLMANS deelt mede, dat de uitgaven van de Kamer van Koophandel f 700.hooger zijn dan in vorige jaren. Het salaris van den secretaris werd verhoogd met f 150.Spreker heeft gehoord dat het wetsontwerp voor de Kamers van Koophandel klaar ligt, waardoor de Kamer van Koophandel op een geheel andere leest geschoeid zal worden. Doordat deze dan een geheel ander instituut zal worden, is het werk van den secre taris veel omvattender. Het gevolg van deze reorgani satie zal zijn, dat de tegenwoordige secretaris op wacht geld gesteld moet worden. Gaat het nu wel aan intus- schen het salaris van dezen functionaris te verhoogen. Spreker kan daar niet voor zijn. De heer VAN IERSEL zegt, dat het bekend is, dat het werk van den secretaris enorm is toegenomen. Men moet de billijkheid betrachten, en den secretaris een beetje behoorlijk honoreeren. Het wetsontwerp tot reor ganisatie verkeert nog pas in een voorbereidend sta dium en kan drie of vier jaar op z.ich laten wachten. Nu gaat het niet aan, al dien tijd den secretaris te weinig te betalen. De heer ZIJLMANS zegt, dat, aangenomen dat het geen de heer Van Iersel zegt, juist is, hij er toch niets in ziet den secretaris op wachtgeld te stellen. Men weet nog niet welke nieuwe regeling voor den secretaris zal worden getroffen. Wie het wachtgeld zal moeten betalen, hetzsij Rijk of Gemeente, moet nog wor den uitgemaakt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1918 | | pagina 970