27 DECEMBER 1918.
981
der af Ie treden. Spreker gelooft, dat hij namens den
raad spreekt, indien hij wethouder Cramerus ver
zoekt in het belang der gemeente op het genomen be
sluit terug te' komen.
De VOORZITTER kan zich met deze woorden ten
zeerste vereenigen. Het dagelijksch bestuur betreurt
evenzeer het weggaan van den heer Cramerus.
Gehoord den aandrang welke uit den raad geoefend
wordt, vertrouwt hij, dat de heer Cramerus er nog
toe zal besluiten zijn functie te blijven waarnemen
De heer VAN DEN BIGGELAAR ondersteunt als lid
,der commissie van liet levensmiddelenbedrijf de woor
den van den heer C e r u 11 i. Spreker heeft den heer
Cramerus van meer nabij leeren kennen en heeft
diens bijzondere kracht leeren waardeeren.
De heer CRAMERUS is ten zeerste ge'roffen door
de buitengewone blijken van waardeering en de vrien
delijke woorden tot hem gericht. Spreker zal niet veel
zeggen.
Het besluit om het wethouderschap neer te leggen
heeft hem zeer veel moeite gekost. Niet zoozeer omdat
hii aan het baantje van wethouder hangt. Spreker be
schouwt het niet als een eerebetrekking, maar hij heeft
het opgevat als een taak van iemand, die neergezet is,
om de belangen der gemeente te dienen. Dit is steeds
ziin streven geweest en hii meent wel te mogen zeg
gen dat hij enorm veel tiid en moeite aan deze belan
gen gegeven heeft. .Tuist daarom heeft het hem zooveel
moeite gekost een zoodanig besluit te nemen- Spreker
is twee jaar wethouder geweest, wat, als men de bui
tengewone tijdsomstandigheden in aanmerking neemt,
geen kleinigheid is. Nu hii eenmaal op de hoogte be
gint te komen ziet hii zich genoodzaakt heen te gaan
Het spiit spreker ontzettend, maar het is hem helaas
oomo^eh'ik om ziin ontslagaanvrage tenw te nemen.
Er ziin voor hem zeer zwaarwegende i-edenen, die hem
ertoe gebracht hebben, dit besluit te nemen, en het
hem nUt mo^e'iik maken erop terug te komen
Dat he^een hii georaesteerd heeft waardeering heeft
gewekt is voor hem de grootste voldoening.