4 MAART 1920.
103
„als voor de omgeving gewenscht is en in de naaste toe-
„komst toch naar electrificatie van het tramnet zal moeten
„worden gestreefd, zoodat hier slechts van een tijdelijken
„maatregel sprake is, wil het ons toeschijnen, dat exploitatie
„van gemeentewege in dit geval de eenige oplossing is.
„Zooals wij reeds in onze vorige nota deden uitkomen, is
„het de bedoeling, het tramverkeer op meer beperkten voet
„in te richten, hetgeen te bereiken is door eene exploitatie
„van de lijn Station, Willemstraat, Sophiastraat, Boschstraat,
„Veemarkt, Veemarktstraat, Groote Markt, Ridderstraat,
„Eindstraat, Ginnekenstraat, Van Coothplein, Nieuwe Gin-
„nekenstraat, Wilhelminastraat, Ginnekenweg, Ginneken tot
„de Markt met een verbindingslijn van daar langs de Dui
velsbrug naar de Baronielaan en vervolgens over de Baro-
„nielaan naar de Wilhelminastraat.
„Er zouden dan komen te vervallen de lijn Ginneken
„Ulvenhout, het lijntje van einde Baronielaan naar Hotel
„Mastbosch en de lijn Karrestraat, gasfabriek, Spoorstraat,
„Station.
„Het lijntje in de St. Janstraat dient als hulplijn behouden
„te blijven, ten einde bij buitengewone drukte op de Markt
„geene verkeersstremming te veroorzaken.
„Alvorens met de exploitatie te kunnen aanvangen, zullen
„echter nog verschillende andere regelingen getroffen dienen
„te worden, als daar zijn
1°. „het erlangen van toestemming van de omliggende
„gemeenten, om de op haar grondgebied liggende lijnen te
„mogen exploiteeren en de lijn Markt Ginneken tot aan de
„Baronielaan te mogen aanleggen
20. „het treffen eener financieele regeling met de gemeente
Ginneken. in zake het verleenen eener bijdrage in een even
tueel verlies of het deelen in de winst, welke de exploitatie
„zou kunnen opleveren
3". „het in bruikbaren staat brengen van het rollend ma
terieel, dat van de tramwegmaatschappij Breda Mastbosch
„is overgenomen
