4 MA ART 1920. tië 2. De heer HAALMAN zegt bij de begrooting gesproken te hebben over de wijze van toezending van de stukken aan de leden. Dit is thans enkele maanden geleden en spr. vraagt nu aan burgemeester en wethouders of er verbetering is te verwachten. Hij meent dat het noodig is, dat het ge- meenteraadsverslag spoedig na de vergaderingen voor bil lijken prijs voor ieder ingezeten moet verkrijgbaar zijn. Daarvoor is noodig een gemeenteblad. Ook de stukken voor de raadsleden kunnen daarin worden opgenomen. Ook vraagt spr. of het niet mogelijk is dat de pers beter in de gelegenheid wordt gesteld kennis te nemen van destukken. Voorts vraagt spr. of het niet mogelijk is het drukwerk in de gemeente te laten vervaardigen vooral met het oog op de heerschende werkloosheid in de typografie. De VOORZITTER zegt dat er voor een gemeenteblad voorbereidingen noodig zijn. Ook is het niet altijd mogelijk de stukken welke op de aanvullingsagenda staan spoedig ter kennis der raadsleden te brengen. De punten die men niet wil behandelen, kunnen evenwel tot een vol gende vergadering uitgesteld worden. Spr. zegt toe, dat al het mogelijke zal worden gedaan om spoedig tot een oplos sing te komen. De heer HAALMAN dankt den voorzitter voor zijn toezegging en hoopt spoedig resultaten te zullen zien. 3. De heer KORTEWEG vraagt inlichtingen betreffende de in handen der gemeente overgaande domeingronden Hij vraagt welke bestemming daaraan wordt gegeven. De VOORZITTER zegt dat het zeer moeilijk is om toe- zeggingen te doen. Er zijn plannen om vanwege het Rijk een groot gebouw voor diverse diensten te zetten. De plaats waar, staat nog niet vast. Spr. hoopt dat de zaak zoo spoe dig mogelijk ten gunste van de gemeente zal worden beslist.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 116