b. dat op de geheele open ruimte op de teekening
aangegeven, niets worde gebouwd of opgericht
d. dat het gebouw niet van bestemming veran-
dere en nimmer geheel of gedeeltelijk tot
woning worde ingericht of gebruikt
f. dat, wanneer binnen een jaar na de dagteeke-
ning van dit besluit van de verleende onthef
fing geen gebruik is gemaakt, deze geacht
wordt niet te zijn verleend
3i MAART 1920,
geen sprake van kan zijn, dat de voorwaarden niet worden
opgevolgd. Dit kan slechts beoordeeld worden, wanneer de
bouw voltooid is.
De heer HORNIX verklaait hiermede genoegen te willen
nemen.
De VOORZITTER wijst er nog op dat zich hierbij een
technische kwestie zou kunnen voordoen Wellicht, dat er
op andere wijze in voorzien kan worden.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu besloten
aan H. W. Lutzke te Teteringen ontheffing te
verleenen van art. 14 der bouwverordening voor
deze gemeente ten behoeve van het stichten van
een theatergebouw op de perceelen toegang geven
de aan het van Coothplein, kadastraal bekend
sectie B no. 3037 en 3038, onder de volgende
voorwaarden
a. dat geen verandering worde gebracht in de
grenzen van het perceel
c. dat het perceel aan de Nieuwe Ginnekenstraat
no. 11, desnoods door verbouwing, blijve voldoen
aan de voorschriften van art. 14 der bouwver
ordening
e. dat ter voldoening aan art. 5 der woningwet
eene teekening, ingericht volgens art. 99 der
bouwverordening aan burgemeester en wethou
ders ter goedkeuring worde aangeboden