ióo
31 MAART 1920.
Vóór stemden de heeren G r u ij s, Kan ters, van Dijk,
Martens, Loomans, Moll, L ij d s m a n, Haaiman,
Feber, Me ij vis, Cerutti, mevr. N e v e-R e i n t j e s,
Rogmans, Clement, van Groene ndael, Kluft,
Zijlmans en A. Schrauwen.
Tegen waren de heeren Korteweg, Hornix en F.
Schrauwe n.
37. Schrijven van burgemeester en wethouders, houdende
inlichtingen op de vragen van den heer Hornix, in zake
de aanbesteding van werken van de R. K. Bouwvereeniging
alhier, luidende als volgt
„In de vergadering van den raad van 14 November 191 o
„werden eenige vragen tot ons college gericht betreffende
,,de aanbesteding van werken ten behoeve van den bouw
„van arbeiderswoningen voor de R. K. Bouwvereeniging „St.
„Joseph".
„Nadat wij daaromtrent onze zienswijze hadden medege
deeld, wenschte de steller der vragen eenige nadere inlich-
tingen, waarbij hij toezegde de overlegging van eenige
„ministerieele aanschrijvingen ter zake betrekkelijk.
„Hoewel meermalen onzerzijds op die overlegging werd
„aangedrongen, bleef zij achterwegedit heeft de beant
woording van de nader gestelde vragen eenigszins vertraagd.
„Wat deze laatste aangaat wonnen wij informaties in bij
„het bestuur van gemelde bouwvsreeniging.
„Waar het gaat om de wijze van aanbesteding der fun-
„deeringswerken merken wij op, dat de Raad daaromtrent
„geen bijzondere voorwaarden, die onderhandsche aanbeste
ding zouden uitsluiten, heeft gesteld. Intusschen was het
„bestuur zoo welwillend aan ons verzoek om inlichtingen
„gevolg te geven. De vragen en hare beantwoording, zooals
„deze ons gewerd bij schrijven van het bestuur d.d 21 Fe
bruari j.l. leggen wij hierbij over".
