20Ó
28 APRIL 1920.
De heer KANTERS zegt, dat, als hij goed rekent, de
jaarwedde voor de wethouders dan f2250,zal bedragen.
Spr. vindt dit veel te weinig en zou willen voorstellen de
jaarwedde op f 3000.te doen bepalen. Het wethoudersambt
is tegenwoordig een zeer drukke betrekking geworden.
De heer GRUIJS gaat geheel accoord met den vorigen
spreker.
De heer ZIJLMANS vindt eene jaarwedde van f 3000.
ook niet te veel, wanneer het wethoudersambt geen neven
betrekking is; nu het echter als een bijbaantje wordt beschouwd,
vindt spr. een betaling dezer nevenbetrekking met f2250
nogal aardig. Spr. vindt eigenlijk dit bedrag onnoodig hocg.
De heer A. SCHRAUWEN zou ook gaarne het voorstel
van f 3000.steunen, doch vreest, dat Gedeputeerde Staten
hiermede geen genoegen zullen nemen. Daarom stelt spr.
voor, de jaarwedde te bepalen op f 2500.
De heer HAALMAN is niet bevreesd voor Gedeputeerde
Staten, indien de raad meent, dat f 3000.een goed salaris
is voor de wethouders in deze gemeente. Zijn de Gedepu
teerde Staten het hiermede niet eens, welnu, dan kan nog
altijd de jaarwedde worden verlaagd laat men echter be
ginnen met f 3000.voor te stellen. De werkzaamheden
aan het wethoudersambt verbonden zijn ontzaglijk toegeno
men een wethouder moest er eigenlijk zijn geheele werk
kracht voor kunnen geven. Wanneer f 3000 voor dit ge
val te weinig mocht zijn, dan zou spr. nog liever willen
voorstellen de jaarwedde op f 4000.te doen vaststellen.
Er is hieraan een te groot gemeentebelang verbonden, dan
dat men karig mag zijn.
De heer KORTEWEG vraagt of het wellicht eenigszins
bekend is, op welk bedrag de minimum-jaarwedde van den
burgemeester zal worden vastgesteld. Voor het geval dit op