284 26 MEI 1920. De VOORZITTER antwoordt, dat dit ontwerp de vrucht is van overleg met de landelijke organisaties. Spr. acht daarom hernieuwd overleg overbodig, doch dit sluit niet uit, dat men nog nadere inlichtingen kan vragen. De heer HAALMAN acht het billijk, dat ook de organi saties kennis nemen van de vrucht van het overleg. Het staat immers niet vast, dat de organisaties er mede tevreden zijn, al geeft spr. toe, dat niet altijd met alle wenschen rekening gehouden kan worden. Spr. zou echter de vereeni- gingen nog willen doen hooren, welke verbeteringen zij nog gaarne zagen aangebracht. De VOORZIT TER zegt, dat het aan de commissie vrij staat, inlichtingen in te winnen. Het is een publiek ontwerp en dus kan ieder er van kennis nemen. De heer KORTEWEG vraagt, wanneer de werklieden hunne nieuwe loonregeling zullen krijgen. Het zal nog minstens wel eene maand duren, voordat dit reglement vast gesteld is. De VOORZITTER verklaart hierover straks te zullen spreken. Thans vraagt spr. of de heeren F. Schrauwen, A. Schrauwen, K o r t e w e g, C e r u 11 i en Z ij 1 m a'n s in de commissie zitting willen nemen, waartoe deze heeren zich bereid verklaren, behalve de heer Z ij 1 m a n s, wegens gebrek aan tijd. De VOORZITTER stelt daarop den heer van Groe- n e n d a e 1 voor, die de benoeming aanneemt. De VOORZITTER zegt, dat met deze commissie ook overleg zal gepleegd worden over de loonregeling, welke in vergevorderden staat van voorbereiding is, opdat deze dan mede kan worden afgedaan. Voorts deelt spr. mede, dat na de sluiting der agenda is ingekomen een adres aan den

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 284