344 26 JUNI 1920. De VOORZITTER zegt, dat den vorigen dag nog eenige rekeningen van openbare werken zijn ingekomen, waarvoor ook af- en overschrijvingen moeten geschieden, zoodat de in deze besluiten genoemde cijfers ook nog eenige verandering zullen ondergaan. Zonder bedenkingen wordt besloten overeenkom stig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. 4. Aanvragen van de besturen van bijzondere scholen om vergoeding uit de gemeentekas, ingevolge art. 59 decies der wet tot regeling van het lager onderwijs, met voorstel van Burgemeester en Wethouders, waarbij in overweging wordt gegeven de gevraagde subsidies uit de gemeentekas te ver- leenen. Daartoe wordt besloten. 5. Benoeming voor het cursusjaar 1920'21 vaneenleeraar in de oude talen aan het gymnasium, waartoe door het col lege van curatoren van het gymnasium de volgende voor dracht is opgemaakt 1. de heer W. van O o r d e, doctorandus in de klas sieke letteren; 2. Mejuffrouw E. A. van Roodhuyzen, candidate in de klassieke letteren. Wordt overgegaan tot stemming. Er worden 19 stembiljetten ingeleverd, welke allen den naam van den heer van Oorde blijken te bevatten. Zoodat is benoemd tot leeraar in de oude talen aan het gymnasium alhier, voor het cursusjaar 1920'21, de heer W. van Oorde, doctorandus in de klassieke letteren, op de aan die betrekking verbonden jaarwedde overeenkomstig de verordening, regelende de jaarwedden van rector en leer aren aan het gymnasium in deze gemeente, in te gaan met

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 344