35 3 FEBRUARI 1920. overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. 33. Prae-advies van burgemeester en wethouders op het adres van het bestuur der Zuiderstoomtramwegmaatschappij in zake bereidverklaring ter bespreking van het subsidie- vraagstuk, luidende als volgt „Naar aanleiding van het hierbij teruggaand om prae-advies „in onze handen gesteld adres van liet bestuur der N. V. „Zuider Stoomtramweg-Maatschappij hebben wij de eer U het „volgende te berichten. „De Zuider Stoomtramweg-Maatschappij heefc reeds ge durende 38 jaren de verbindingen tusschen de verschillende „plaatsen van midden-Brabant onderhouden en daardoor veel „bijgedragen tot den bloei van deze streek. Ook voor Breda „is deze verbinding steeds zeer nuttig geweest. „De finantieele toestand der Maatschappij is echter ge durende de crisis-jaren, welke wij beleefd hebben en nog „beleven, van dien aard geworden, dat het bedrijf, zonder „subsidie van het Rijk, provincie en gemeenten niet meer „voortgezet zal kunnen worden. „Het bestuur dezer maatschappij verzocht daarom te „willen overwegen „I. of het gemeentebestuur genegen is zich met het „bestuur der N.V. Zuider Stoomtramweg-Maatschappij in „verbinding te stellen ter bespreking van het subsidie-vraag stuk „II. of het gemeentebestuur mede bereid is plannen te „vormen voor verbetering en uitbreiding van lijnen en ma- „terialen. „Naar het ons voorkomt, moeten deze vragen in onderling „verband worden beantwoord „Gelet op het groote nut van het hierbedoelde verkeers- „middel, zijn wij overigens van meening, onzerzijds in deze „niets onbeproefd te moeten laten, ten einde het voortbestaan „van dit verkeersmiddel zooveel mogelijk te bevorderen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 35