9 JULI 1920. 383 daarmede komt spr. op zijn tweede vraag. Is een gecom bineerde keuringsdienst niet mogelijk, dan moet men toch zooveel mogelijk reorganiseeren door meer personeel aan te stellen, opdat niet alleen de keuring voldoende kan plaats hebben, doch ook de zoo zeer noodige contróle, hetgeen nu onmogelijk is. Al de ingevoerde vleeschwaren zouden voorts aan keuring moeten worden onderworpen. De gelegenheid tot keuring zou dan ook langer opengesteld moeten worden. Thans is het kantoor open van 9 11 's morgens en van 45 des namiddags. Daarna bestaat er voor de slagers, ook voor de eerlijke, geen gelegenheid tot het laten keuren van vleesch tot den volgenden dag. Moeten zij dus nog wat rondbezorgen aan klanten of hotels, dan geschiedt dit zonder keuring. Ook op dit gebied valt er dus te verbeteren en hier mede heeft spr. ook zijn derde vraag behandeld, waarmede de vierde vraag ten nauwste verband houdt. De wethouder van financiën maakt eene beweging, dat uitvoering van dit alles dubbeltjes zal kosten. Op dit gebied mag hiervan, vol gens spr., geen sprake zijn het betreft hier de volksgezond heid. In alle andere gemeenten wordt er echter voor de keuring eene retributie geheven spr. weet dit uit eigen ervaring. Dit is wellicht ook in deze gemeente mogelijk en daarom stelde spr. zijn vierde vraag. Over dit onderwerp zou spr. nog veel meer kunnen zeggen, doch zal zijne rede beëindigen met de hoop uit te spreken, dat Burgemeester en Wethouders in deze al het mogelijke zullen doen. De VOORZITTER zegt, dat Burgemeester en Wethouders gaarne, indien dit mogelijk blijkt, voor de volgende verga dering hierop van antwoord zullen dienen, waarop dan even tueel debat kan volgen. 40. Schriftelijke vragen van het raadslid ZIJLMANS in verband met het ontwerp voor een kanaal Antwerpen Moerdijkluidende als volgt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 383