434 26 AUGUSTUS 1920. b. dat op de geheele open ruimte op de teekening aan gegeven niets worde gebouwd of opgericht c. dat de bijbouw niet hooger worde opgetrokken dan op de teekening is aangegeven d. dat aan voor- en achtergevel van den bijbouw het dak worde afgeschuind onder een hoek van 45°, beginnende 2.50 M. boven den beganeti grond e. dat de bijbouw niet van bestemming verandere en nimmer geheel of gedeeltelijk als woning worde in gericht of gebruikt f. dat ter voldoening aan art. 5 der Woningwet eene teekening, ingericht volgens art. 99 der bouwveror dening, aan Burgemeester en Wethouders ter goed keuring worde aangeboden g. dat, wanneer binnen vier maanden na de dagteekening van dit besluit van de verleende ontheffing geen ge bruik is gemaakt, deze geacht wordt niet te zijn ver leend en onder bepaling, dat bij niet-vervulling van een dezer voorwaarden de verleende uitzondering vervalt. 19. Adres van L. A. Wouters alhier, daarbij ontheffing verzoekende van art. 14 der bouwverordening voor deze gemeente, ten behoeve van het maken eener overkapping op het perceel aan den Nieuwen Haagdijk n°. 2426. Bij dit adres zijn gevoegd de adviezen van de gezond heidscommissie en den directeur van openbare werken, als mede een voorstel van Burgemeester en Wethouders, om de gevraagde ontheffing te verleenen. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt besloten aan adressant de gevraagde uitzondering toe te staan onder de volgende voor waarden a. dat geen verandering worde gebracht in de grenzen van het perceel

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 434