J
9 SEPTEMBER 1920.
503
De heer ZIJLMANS zegt, dat niemand erg happig is op
belasting. Spr. gaat echter geheel accoord met het voorstel.
Deze belasting zal hoofdzakelijk komen ten laste van de niet-
belastingbetalers, terwijl de belastingbetalers, die geen open
bare vermakelijkheden bezoeken, hiervan eens vrijgesteld zul
len zijn. Spr. acht deze belasting zeer billijk. Ook moet de
verhooging groot zijn, omdat de heffing tegenwoordig veel
te laag is. In Amsterdam is er eveneens eene enorme ver
hooging met vlag en wimpel doorgegaan. Het zal dus ook
voor deze gemeente wel geen bezwaar zijn.
De heer KLUFT is het niet geheel eens met den heer
Zijl mans; niet de rechte soort menschen zullen door deze
belasting getroffen worden. De meeste personen zijn lid eener
vereeniging, omdat zij daardoor in de gelegenheid zijn eens
eene openbare vermakelijkheid bij te wonen, aangezien zij
overigens niet veel uitgaan. Daarom zou spr. vooral met het
oog op de vereenïgingen, de belasting tot io°('o teruggebracht
willen zien. In het voorstel, dat 40 °/o wordt geheven, indien
de vermakelijkheid tot na middernacht duurt, ligt ook iets
onbillijks, bijv. iemand, die om tien uur naar huis gaat, moet
ook 400/o belasting betalen. Bovendien vreest spr. dat er
nog een addertje onder het gras schuilt, dat namelijk de
verordening ontdoken zal worden door, in plaats van een
toegangsbewijs, een bon van fo.50 uit te geven, bijv. voor bier.
De VOORZITTER acht deze wijze van ontduiking minder
goed mogelijk.
De heer HORNIX sluit zich aan bij het door den heer
Kluft gesprokene. „Concordia" en alle andere vereenigingen
zullen veel schade lijden en spr. is van meening, dat de
Raad toch niet hier samenkomt, om schade te berokkenen.
Bovendien is de meerdere opbrengst in het geheel niet zeker,
daar het bezoek stellig zal verminderen. Spr. wenscht de
vereenigingen niet dwars te zitten en ondersteunt de amen
dementen, ingediend door den heer C e r u 11 i.