J
9 SEPTEMBER 1920.
509
te leveren. Welnu, de motie van den heer Haaiman is
juist ingediend, om dit bezwaar te verhelpen.
De VOORZITTER meent de debatten thans te kunnen
sluiten.
De heer KORTEWEG geeft in overweging, de motie thans
niet te behandelener zit volgens spr. hooge politiek achter.
Alsnu wordt overgegaan tot artikelsgewijze behandeling.
Bij de behandeling van artikel 3 komt het eerst in
stemming het amendement van den heer C e r u 11 i, om
de gecursiveerde woorden twintig ten honderd" te wijzigen
in „tien ten honderd", welk amendement wordt verworpen
met 14 tegen 5 stemmen.
Tegen stemden mevrouw Neve-Reintjes en de heeren
Moll, M e ij v i s, G r u ij s, L ij d s m a n, F e b e r, Korte-
weg, A. Schrauwen, van Groen en d a e 1, Haai
man, F. Schrauwen, Z ij 1 m a n s, van Dij k en Ran
ters.
Vóór waren de heeren Kluft, Martens, Hornix,
C e r u 11 i en Clement.
Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde het amen
dement van den heer C e r u 11 i, strekkende om in dit arti
kel het bedrag van f 0.50, waarop de toegangsbewijzen aan
leden van vereenigingen, tegen vertoon van hun lidmaat-
schapsbewijs kosteloos af te geven of tegen betaling van een
bedrag van minder dan f 0.50 per stuk, geacht worden eene
waarde te vertegenwoordigen, te wijzigen in f 0.25.
De heer CERUTTI wijst er op, dat bij eene ongewijzigde
aanneming van dit artikel vooral „Bonus Eventus" de dupe
zal worden. Deze vereeniging zal dan f 1^0.per bal moe
ten betalen, terwijl zij nu hiervoor f 20.a f 25.—- betaalt.
