586 15 OCTOBER 1920. moeten bijpassen, hetgeen neerkomt op een bedrag van ruim f 6500.per jaar. Spreker vraagt voorts, of de plannen, vóórdat met den bouw begonnen wordt, weder in den Raad komen. Er zijn indertijd enkele bemerkingen gemaakt en nu acht spr. het wel gewenscht, dat de plannen hier weder ter tafel komen en aan de goedkeuring van den Raad worden voorgelegd. De VOORZITTER zegt, dat de wijzigingen, waarop de heer K o r t e w e g doelt, in de plannen zijn aangebracht, vóórdat zij naar den Minister gezonden zijn. Er bestaat echter geen bezwaar om, vóórdat het werk tot uitvoering komt, de plannen nogmaals in den Raad te brengen. De heer HORNIX betreurt het, dat van de zijde van het dagelijksch bestuur zoo weinig medewerking wordt onder vonden bij den bouw van middenstandswoningen. De Woning- bouwvereeniging ,,de Baronie" heeft reeds geruimen tijd hare plannen ingezonden, doch krijgt maar geen antwoord. Spreker moet daarover zijne groote teleurstelling te kennen geven. De VOORZITTER ontkent, dat ten opzichte van de YVoningbouwvereeniging ,,de Baronie" niet de noodige voort varendheid zou worden betracht. De stukken zijn de vorige week ingekomen en onmiddellijk om advies gezonden aan den directeur van openbare werken. De heer KLUFT meent, dat de heer Korteweg met zich zelf in tegenspraak is, waar hij van den eenen kant wijst op de hooge kosten en van den anderen kant de aan dacht erop vestigt, dat de woningen betrekkelijk klein zijn. Als men grootere huizen gaat bouwen, wordt de toestand nog gekker dan worden zij duurder en zullen van zelf ook de huurprijzen nog hooger moeten worden. De VOORZITTER zegt, dat de huurprijs nader bij de goedkeuring van het plan kan worden vastgesteld. De heer HAALMAN meent, dat de heer H o r n i x zich

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 586