Ó22
15 OCTOBER 1920.
bouwt op eigen grond, doch het perceel van adressant is
niettemin zeer in waarde verminderd. De oorspronkelijke
teekening was goedgekeurd, doch het bleek, dat de versnij
dingen van de fundeering op den grond van adressant ge
maakt moesten worden, waartoe door hem geen toestemming
werd verleend. De plannen werden toen gewijzigd en de
zijmuur werd 18 c.M. uit de grenslijn geplaatst. Deze
afwijking is wel ter kennis van de gemeente gebracht, doch
niet officieel goedgekeurd. Iets dergelijks is ook nooit goed
te keuren, want het gevolg ervan is, dat wanneer adressant
wil gaan bouwen, hij ter naleving van art. 15 0.82
M. uit de grenslijn zal moeten bouwen.
De VOORZITTER zegt, dat er van toepassing van artikel
15 der bouwverordening geen sprake kan zijn, omdat het
hier slechts éen zijgevel betreft. Adressant heeft zelf dezen
toestand geschapen. Voorts merkt spr. op, dat al gaat
adressant bouwen, hij dan nog niet 0.82 M. uit de grenslijn
behoeft te bouwen, aangezien ruimte tusschen zijgevels niet
vereischt is. De bepaling van artikel 15 is alleen opgenomen
om te waken tegen vocht, wanneer er ruimte tusschen twee
zijgevels wordt gelaten. Tenslotte zegt spr., dat eene wijzi
ging der bouwverordening ook op dit punt reeds in
voorbereiding is.
De heer HORNIX neemt gaarne nota van de verklaring
van den Voorzitter. Spr. merkt op, dat deze opvatting
echter in strijd is met die van de gemeente-ambtenaren, die
aan adressant verklaarden, dat hij verplicht zou zijn 0.82 M.
uit de grenslijn te bouwen.
Zonder verdere bedenking wordt alsnu besloten
overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en
Wethouders.
37. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op het
adres van W. W. Plasman, tijdelijk onderwijzer aan de