19 NOVEMBER 1920. 643 blijkt, dat zij nog bestaat, dan zou spr. dit punt allereerst in overweging willen geven bij die commissie. Verleden jaar bij de begrooting heeft spr. gewezen op den kwijnenden toestand van het marktwezen hier ter stede. Mocht de com missie niet meer bestaan, dan acht spr. het toch gewenscht wederom eene marktcommissie in te stellen en vervolgens haar advies in zake dit adres te verzoeken. De VOORZITTER zegt nooit persoonlijk contact met deze commissie te hebben gehad; wel heeft spr. een verslag der commissie van vóór 2 jaren gelezen. Het is spr. niet bekend, dat zij officieel is opgeheven, wellicht kan de heer L ij d s m a n, voorzitter der commissie, welke vóór den aan vaarding van sprekers functie een rol speelde, hierover meer licht verspreiden. De heer LIJDSMAN zegt, dat de commissie niet meer van zich deed hooren, omdat het door den Voorzitter vermelde verslag nog steeds moet worden behandeld. De heer HAALMAN geeft in overweging, dit adres te stellen in handen der commissie, opdat zij haar advies nog in bedoeld verslag kan opnemen. De VOORZITTER stelt voor, het adres te stellen in han den van Burgemeester en Wethouders om prae-advies en doet de toezegging, dat het College zich met de marktcom missie zal verstaan en in overweging zal nemen of de com missie nog recht van bestaan heeft. Zonder verdere bedenkingen wordt alsnu besloten overeenkomstig het voorstel van den Voorzitter. 12. Adres van G. P. Th. Hartmans te Teteringen, verzoekende aan de R. K. Bouwvereeniging ontheffing te verleenen van een der voorwaarden, betreffende het verhuren van woningen aan niet-ingezetenen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 643