662 19 NOVEMBER 1920. „door onderzoek en nadenken, eerbiedigde hij toch de „opinie van andersdenkenden en liet zich nimmer verleiden „tot partijdigheid. „Indien er al eens partijen waren in den Raad, indien „partijgeest wel eens schade deed aan het algemeen belang, „onze Burgemeester stond er verre boven en was voor ieder „dezelfde. „Door deze houding kwam veel tot stand wat anders „achterwege zou zijn gebleven. „En wie Breda gekend heeft in 1870 en het nu weder- „ziet, mag het verschil gerust voor een deel toeschrijven „aan de onvermoeide werkkracht, het juiste inzicht, de eer lijkheid en onpartijdigheid van onzen Burgemeester. „De Bredanaars weten zulks. „Zij zullen hunnen Burgemeester niet vergeten en zijn „nagedachtenis in eere houden en zij zullen er van over tuigd zijn, dat de som zijner deugden de som zijner men- „schelijke feilen verre overtreft. „In mr. de Man verliest Breda zijn eersten maar ook „een zijner beste burgers. „En zoo hebben we van onzen Burgemeester nog slechts „over de herinnering aan hetgeen hij was en deed voor Breda. „Laten wij die herinnering levendig houden en haar een „plaats innemen in ons hart, want groot is het volk, dat „zijn edele mannen weet te eeren". De Bredasche Courant uitte zich in denzelfden geest. Voorts brengt spr. in herinnering, dat Frans Heijlaerts enkele jaren geleden gedurende 40-jaar raadslid was geweest en dat er naar hem een plein is genoemd. Ook hierom vindt spr. het veel geschikter thans een van de straten den naam te geven van Burgemeester de Man in plaats van haar te noemen naar Hoogeveen, rector van de triviale school in 1745. De heer HORNIX heeft bezwaar tegen de Zevitiusstraat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 662