668 19 NOVEMBER 1920. De heer HAALMAN heeft er geen bezwaar tegen de eventueele latere wijzigingen in den tramdienst aan het College over te laten, mits het daarbij zooveel mogelijk de tramcommissie hoort. De VOORZITTER geeft de verzekering, dat dit onge twijfeld zal geschieden. De heer HORNIX dringt aan op wijziging der tramhalten. 'Vroeger hield de tram nagenoeg overal stil, hetgeen natuurlijk zeer afmattend voor de paarden is. Thans is het evenwel omgekeerd de halten liggen te ver van elkaar. De VOORZITTER zegt, nog deze week de quaestie te hebben besproken met den directeur. Spr. heeft hem ver zocht de halte in het midden der Ginnekenstraat iets meer naar de Ridderstraat te verplaatsen daardoor zal het wel licht noodig blijken, in de Ginnekenstraat nog een halte bij te plaatsen. Men bedenke evenwel, dat door vele halten de dienst vertraagd wordt. De heer VAN DIJK vraagt,^vanwaar do naam ,tMoornob irrhn Proof" afhomctig is? De VOORZITTER zegt, dat dit de officieele naam is voor den weg langs het Rijksopvoedingsgesticht te Ginneken. Zonder verdere bedenkingen wordt alsnu besloten overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders zooals dit door den Voorzitter is aangevuld. 34. Antwoord van Burgemeester en Wethouders op de schriftelijke vragen van den heer Korte w e g, betreffende het verleenen van steun ten behoeve van woningbouw door particulieren. De vragen en het daarop gegeven antwoord zijn van den volgenden inhoud 1. Zijn Burgemeester en Wethouders genegen aan de.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 668