3 DECEMBER 1920.
739
De VOORZITTER acht het wenschelijk in artikel 11 alleen
ontslag wegens bepaalde redenen op te nemen en stelt voor,
dit artikel in dien geest te doen wijzigen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten artikel 11
aldus te wijzigen.
Zonder verdere bedenkingen wordt alsnu besloten
de instructie voor de gemeente-vroedvrouwen, met
inachtneming van de daarin aan te brengen wij
ziging, aan te nemen.
12. Adressen van de winkeliersvereeniging in huishoude
lijke artikelen en van den Raad der gemeente Princenhagever
zoekende door het verleenen eener geldelijke tegemoetko
ming het daarheen te leiden, dat de paardentram van Breda
naar Princenhage opnieuw in exploitatie worde gebracht.
Bij deze adressen zijn gevoegd adhaesiebetuigingen van
het bestuur der vereeniging ,,de Hanze", van het bestuur
der algemeene middenstandsvereeniging voor Breda en
omstreken en van de Kamer van Koophandel en Fabrieken,
alsmede het volgend prae-advies van Burgemeester en Wet
houders.
Ingekomen zijn de hierbijgevoegde adressen van de win
del iersvereeniging in huishoudelijke artikelen alhier en van
„den Raad der gemeente Princenhagewaarin verzocht
„wordt om door het verleenen van eene geldelijke tege-
„moetkoming het daarheen te leiden, dat de paardentram
„van Breda naar Princenhage opnieuw in exploitatie worde
„gebracht.
„Nog zijn ingekomen adressen van het bestuur der alge-
„meene middenstandsvereeniging voor Breda en omstreken
„en van „de Hanze", R. K. vereeniging van den handel-
„drijvenden en industriëelen middenstand in het Bisdom
Bredawaarin adhaesie wordt betuigd aan vorenstaand
„verzoek van de winkeliersvereeniging.
„Naar aanleiding van deze adressen, welke wij hierbij aan