796
2i DECEMBER 1920.
De heer CERUTTI zou den heer Plasman de gelegen
heid willen geven om zijn tijdelijken diensttijd in te koopen.
De VOORZITTER zegt toe, dat wanneer de motie on
verhoopt mocht worden aangenomen, onderzocht zal worden
in hoever het mogelijk is bij de regeling der zaak met de
verschillende opmerkingen rekening te houden. Spr. vestigt
er de aandacht op, dat als de Raad deze motie aanneemt,
hij ingaat tegen de commissie, de inspectie en Burgemeester
en Wethouders. Ten slotte waarschuwt spr. nogmaals voor
de gevaarlijke consequenties.
De heer HORNIX „dat is bangmakerij 1',
De VOORZITTER ontkent zulks ten stelligste. Spr. zal
op de consequenties voor andere gevallen thans niet ingaan.
De motie van den heer H o r n i x, hierop in
stemming gebracht, wordt verworpen met 11 tegen
9 stemmen.
Tegen stemden mevrouw Xev e-R e i n t j e s en de heeren
F e b e r, Kanters, G r u ij s, Kluft, Moll, F. S c h r a u-
w e n, Looraans, L ij d s m a n, Z ij 1 m a n s en Clement.
Vóór waren de heeren Korteweg, M e ij v i s, van
D ij k, Martens, H o r n i x, Haaiman, Bogmans,
A. Schrauwen en C e r u 11 i.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt alsnu zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
14. Nader voorstel van Burgemeester en Wethouders in
zake toekenning van eervol ontslag aan den heer L. P.
K r i e n s, kapelmeester van het Stedelijk Muziekkorps (aan
gehouden in een vorige vergadering).
Dienovereenkomstig wordt besloten.
15. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot toe-