ANTWOORD 838 30 DECEMBER 1920. Beleid van Burgemeester en Wethouders. Het College is van meening, dat het niet-bemerken van het volgen eener vaste lijn geenszins beteekent, dat eene dergelijke lijn niet aanwezig zou zijn. Overigens dient men rekening te houden met de zoozeer wisselende tijdsomstan digheden en met de uitvoering van de steeds in aantal toe nemende Rijkswetten, welke een regelmatigen gang der werkzaamheden zooal niet beletten, dan toch in sterke mate beïnvloeden. Voorts worde nog opgemerkt, dat het in geenen deele in de bedoeling van Burgemeester en Wethouders kan liggen om eene bepaalde partijpolitiek voor te staan en dat de hierbedoelde zaken toch blijkbaar bij andere politieke partijen eveneens steun hebben gevonden, daar zij anders niet tot stand waren gekomen. Woningnood. Burgemeester en Wethouders meenen in deze te kunnen volstaan met eene verwijzing naar het in de laatste Raads vergadering omtrent dit punt behandelde en naar het over zicht in den brief van het College aan den Minister van Arbeid. Eene aansporing om met alle energie op dit punt werk zaam te zijn, kan als overbodig worden aangemerkt, daar het den leden van den Raad bekend kan zijn, dat het College steeds het mogelijke deed en doet, om den woning nood zooveel mogelijk te beperken. Grensregeling. Eerlang zullen de resultaten van de overwegingen van Burgemeester en Wethouders betreffende de grensregeling den Raad bekend worden. Arbeiderscommissiën en Bedrijfsradcn. Het College vermag ook wegens de onduidelijkheid der

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 838