864
30 DECEMBER 1920.
tegen de voorstellen der S. D. A. P. te blijven verzetten
kenmerkt men zich zelf als reactionnair. Men kan tegen die
voorgestelde verbeteringen demonstreeren, doch men zal ten
slotte toch moeten meegaan, want de S. D. A. P. heeft het
vaste voornemen al wat zij in haar program heeft geschreven,
te verwezenlijken. Het is dan ook wel opmerkelijk, dat de
voorstanders eerst komen, nu de S. D. A. P. meer invloed
krijgt Vorenbedoelde klacht zou slechts dan gerechtvaardigd
zijn, indien hetgeen spr's. fractie voorstaat niet met gemeente
zaken te maken had. De gemeentenaren moeten echter
weten, wat zij aan de raadsleden hebben.
Voorts zegt spr. steeds een voorstander te zijn geweest
van het nemen van krachtige maatregelen tot opheffing van
den woningnood. B. en W. moeten niet denken, dat zij op
dat gebied kunnen volstaan met wat zij in de vorige ver
gadering hebben voorgesteld. Men gaat nu 100 noodwonin
gen bouwen, terwijl er aan 1000 woningen behoefte is. Het
is goed hierop de aandacht van de bevolking eens te vestigen,
omdat op die manier niet aan den woningnood wordt tege
moet gekomen.
Spr. betreurt, dat B. en W., na de mislukte proef met de
werkverschaffing waarvan men het fiasco der S. D. A. P.
in de schoenen tracht te schuiven geen maatregelen meer
in die richting willen nemen.
Ten opzichte van het Werklieden-Reglement, herinnert
spr. aan hetgeen door hem destijds bij de behandeling daar
van naar voren gebracht is ten opzichte van de wijze, waarop,
het georganiseerd overleg dient plaats te hebben. De heer
Korteweg is hem toentertijd daarin bijgevallen. Desniet
temin is er met spr.'s wenschen geen rekening gehouden
en daarom dringt hij met klem aan in die richting alsnog
stappen te doen. Wat de datum van het inwerkingtreden
van het W.-R. betreft, waarvan de bepaling aan Burge
meester en Wethouders is overgelaten, dringt spr. eveneens op
spoed aan. Ten slotte vestigt spr. de aandacht op de invoering
van de 45-urige werkweek bij de nieuwe Arbeidswet. Het