30 DECEMBER 1920. 867 over de bijzondere bewaarscholen. Spr. is n.l. persoonlijk de dupe geworden van de onhoudbare toestanden, welke aan die scholen bestaan. Het is hem aan drie scholen overkomen, dat zijnen kinderen de toelating werd geweigerd, omdat een ander kind de openbare school bezoekt. Men behoeit niet te probeeren kinderen gratis geplaatst te krijgen, evenmin tegen een vergoeding van 10 ct. per week, wel is er plaats voor 25 ct. Spr. heeft van zijn kant geen bezwaar zijne kinderen naar de bijzondere bewaarschool te sturen, maar ze worden niet toegelaten. Als Burgemeester en Wethouders aan de besturen dier scholen erover mochten willen schrijven, zal spr. gaarne de bewijzen van het tegendeel in ontvangst nemen, doch hij blijft bevreesd, dat in de praktijk de tegen woordige toestand gehandhaafd blijft. Spr. drukt ten slotte de wenschelijkheid uit te komen tot de oprichting eener openbare bewaarschool. Voorts spijt spr. de in het Ant woord van Burgemeester en Wethouders op het Centraal- Rapport gedane zijdelingsche toezegging in zake het betreden van de taluds der singels door het publiek. Spr. heeft die toelating niet onbeperkt verzocht, maar alleen voor de Bredasche hengelaars en dan tegen vergoeding, b.v. van 50 cents. Aan den Wilhelminasingel, waar geen bezwaar schijnt te bestaan tegen het betreden der taluds door de henge laars, zien deze taluds er het minst beschadigd uit. Spr. is er dan ook van overtuigd, dat door de hengelaars geen schade zal worden aangericht. Integendeel, zij zullen er toe medewerken, dat de taluds niet door de jeugd beschadigd worden. Vervolgens verzoekt spr. aan de werklieden bij de be plantingen, welke in het bezit moeten zijn van eigen gereed schap, een vergoeding daarvoor toe te kennen. Ten slotte stelt spr. de volgende motie voor ,,De Raad der gemeente Bredavan oordeel, dat het "„geen bezwaar kan zijn, om aan Bredasche hengelaars toe- „gang te verleenen tot de taluds der singels, desnoods „slechts tegen afgifte van een bewijs voor afgifte waarvan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1920 | | pagina 867