888
3o DECEMBER 1920.
HOOFDSTUK III.
Hoofdstuk III wordt goedgekeurd.
HOOFDSTUK IV.
Organisatie politi e-p ersoneel.
In eene afdeeling merkte een lid op, dat voor de agenten
van politie, evenals voor ieder ander, die in gemeentedienst
is, volkomen vrijheid van organiseeren moet bestaan. Ge
wezen werd op het feit, dat sommige leden van het politie
korps eene minder aangen.ame bejegening van hunne col
lega's ondervinden, doordat zij zich in eene nieuwe organi
satie hebben vereenigd.
Verder werd gevraagd maatregelen te nemen tegen het
maken van propaganda voor de een of andere organisatie
door de agenten van politie gedurende de uitoefening van
hun dienst.
ANTWOORD
De vrijheid van organisatie, ook voor de agenten van
politie, wordt door ons College erkend. De juistheid der
opmerking, dat sommige leden van het politiekorps, in ver
band met hunne organisatie, eene minder aangename be
jegening ondervinden, valt niet geheel te ontkennen Zooveel
doenlijk wordt hiertegen gewaakt. Maatregelen zijn genomen,
dat noch in de posthuizen, noch in het wachtlokaal aan het
hoofdbureau mededeelingen worden gedaan, welke de strek
king hebben voor een of andere organisatie propaganda te
maken.
Art. *8. Uitgaven Politie.
Een lid achtte het niet wenschelijk dezen post te handhaven.
ANTWOORD
Deze post kan niet worden gemist. Er schijnt geen enkele
reden aanwezig te zijn om hem te doen vervallen.
Art. 10. Burgerwacht.
Eenige leden stelden voor, dezen po'st te schrappen, aan-'