fj 27 JANUARI 1921. 13 J gebrek aan een woning. Het College en den heer 13 a y i 11 g s gaan te dien opzichte absoluut accoord. De heer CERUTTI vestigt de aandacht op de bepaling, waarbij aan gemeenteambtenaren kan worden toegestaan om buiten de gemeente te wonen. De VOORZITTER zegt, dat zulks reeds onder de oogen is gezien en geeft alsnu in overweging het adres in handen van B. en W. te stellen ter afdoening. Waartoe wordt besloten. 12. Adres van de voorzitters van plaatselijke Midden- standsvereenigingen verzoekende het daarheen te leiden, dat reclame-biljetten van z.g. vliegende winkels en daarmede gelijkstaande andere ondernemingen niet meer in de gemeente tram zullen worden opgehangen. De VOORZITTER stelt voor, dit adres voor kennisgeving aan te nemen. Volgens spr. is er geen reden om deze reclames wegens een groepsbelang te weigeren het staat nog niet absoluut vast of het algemeen belang al dan niet met de z.g. vliegende winkels gediend is en bijgevolg valt het moeilijk aan het verzoek der middenstandsvereenigingen te voldoen. De heer KLUFT is het niet met den Voorzitter eens en wijst er op dat verschillende personen naar het buitenland gaan om profiteerend van de lage valuta allerlei artikelen in te koopen, welke zij hier weer te koop aan bieden. Deze menschen doen de in de gemeente wonende winkeliers te kort en spr. vindt het niet goed, dat de gemeente-tram wordt gebruikt om reclame te maken voor dergelijke speculanten. Spr. beroept zich daarbij op dfe redactie van een der Bredasche bladen, die dezer dagen in een vergadering van winkeliers verklaarde advertentie's van vliegende winkels te zullen weigeren. Een zoodanige houding

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 13