146 22 MAART 1921. personeel onder g t/m j, mag gerust onbegrijpelijk worden genoemd; want de geheele personeel-formatie is ten dienste der gemeente, waaruit logisch volgt, dat allen dezelfde rechten hebben. Deze gelijke rechten worden in de voorgestelde wij ziging niet erkend, daar de nu te volgen weg tot een schreeu wende ongelijkheid zal voeren. Het volgende 'geeft dan ook een duidelijke illustratie op de uitwerking van de ingediende voorstellen b.v. de bureel ambtenaar ontvangt, wanneer hij in het bezit van 4 kinderen is, minstens f 200 ^kindertoeslag per jaar terwijl door het personeel onder g t/m j met evenveel kinderen slechts f 104 per jaar wordt genoten, waarbij nog ^opgemerkt dient te worden, dat dezen slechts toeslag ontvangen tot den 16- jarigen leeftijd hunner kinderen en gene tot den 18-jarigen leeftijd. Artikel 7 en 8. Zie toelichting bij art. 2. De voorstellers A. SCHRAUWEN. W. M. MARTENS. A. C. KORTEWEG. A. J. M. CLEMENT. Voorstel. Om aan de agenten van politie vier weken extra loon te geven, berekend naar de thans nog bestaande loonregeling. Toelichting. Het komt ondergeteekende billijk voor, dat ook aan de politieagenten, vier weken extra loon worden uitgekeerd, evenals zulks geschied is aan de gemeente-werklieden, die ook in den loop van het vorig jaar, vier weken extra loon hebben ontvangen. Hopende, dat het College van Burgemeester en Wethou ders en den Raad, ook de billijkheid van dit voorstel zullen erkennen. (w.g.) C. Th. BOGMANS.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 146