168
22 MAART 1921.
Vóór waren mevrouw N e ve-R e i n t j e s en de heeren
F, Schrauwen, Haaiman, M e ij v i s en G r u ij s.
Vervolgens komt in stemming de motie van den heer
Haalma 11 tot afschaffing van het klassenstelsel.
De heer KORTEWEG vraagt of de Voorzitter de
toezegging wil doen, het klassenstelsel te zullen afschaffen,
wanneer de agenten geschoold zijn.
De VOORZITTER verklaart geen toezegging in dien zin
te kunnen doen.
De motie van den heer Haaiman wordt daarop ver
worpen met 12 tegen 7 stemmen.
Tegen waren de heeren Kanters, Lijdsman, van
Dij k, F e b e r, Martens, C e r u 11 i, Moll, Loomans,
A. Schrauwen, Bogmans, Clement en Hornix.
Vóór stemden mevrouw Nev e-R e i n t j e s en de heeren
K o r t e w e g, F. Schrauwen, Haaiman, Meijvis,
G r u ij s en K 1 u f t.
De VOORZITTER brengt daarop in stemming het amen
dement van den heer Bogman s, behelzende het loon van
de agenten 2kl. te brengen van f 32.tot f 35.en
dat der agenten ie kl. van f 36.tot f 42.hetwelk wordt
aangenomen met 13 tegen 6 stemmen.
Vóór stemden de heeren Kor te weg, F. Schrauwen,
Haaiman, M e ij v i s, Gru ij s, mevr. N e v e-R e i n t j es,
Kluft, Martens, Moll, Loomans, A. Schrau
wen, Bogmans en Clement.
Tegen waren de heeren Kanters, L ij d s m a n, van
D ij k, F e b e r, C e r u 11 i en Hornix.
Alsnu komt in stemming het amendement van den heer
C e r u 11 i in zake het loon der hoofdagenten-rechercheur,
hetwelk wordt verworpen met 12 tegen 7 stemmen.