234 29 April 1921. „gemeenten vóór i October 1913 bewezen, inkoopen. De ..inkoopsommen zijn verschuldigd door de respectieve gemeen- „ten, die echter het recht hebben een gedeelte daarvan op „de betrokken ambtenaren te verhalen. „Dat verhaalrecht is evenwel door Breda niet toegepast „op die ambtenaren, die vroeger deelgerechtigd waren in ,,het gemeentelijk pensioenfonds. De voor deze verschuldigde „inkoopsommen worden uit het gemeentelijk pensioenfonds „gekweten en zijn dus feitelijk te beschouwen als eene indi recte teruggave van de indertijd door de ambtenaren ge storte premiën. „Ten aanzien van adressant zelf wenschen wij nog het „volgende te doen opmerken. „In het door hem aan ons college gericht adres deelt hij „mede, dat het gedeelte van zijn pensioen voor Breda is „berekend op f 758. „Hoe adressant aan die berekening komt, is ons niet „duidelijk zij steunt op geen enkele officiëele mededeeling. „Doordat de heer Neurdenburg zijne vroeger aan Breda bewezen diensten voor de regeling van zijn pensioen „heeft geldig gemaakt, is de gemeente, blijkens bijgaande „ministeriëele beschikking, aan inkoopsom verschuldigd een „bedrag van f 1707.66. „Zooals wij hiervoor reeds deden opmerken, wordt deze „inkoopsom niet op den betrokkene verhaald, doch van „gemeentewege in jaarlijksche annuïteiten aan het Rijks- „pensioenfonds afgedragen. „Andere geldelijke verplichtingen ten aanzien van belang hebbende bestaan er voor de gemeente niet. „Op grond van een en ander hebben wij de eer Uwen „raad voor te stellen aan adressant mede te deelen, dat „geen termen aanwezig worden geacht om op zijn verzoek „eene gunstige beschikking te nemen". Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 234