3o JUNI 1921. 333 loon -f- 3 maal het uurloon. De meesten, zoo niet allen, zullen ongaarne de 3 extra betaalde uren missen. Bovendien is de directeur van meening, dat 48 uur stokers- en machinistenarbeid, zooals die hier sinds October 1920 geregeld is, geenszins te veel vergt van de krachten van den werkman, nóch hem te lang aan het gezinsleven onttrekt, terwijl het voordeel genoten wordt van 3 X het uurloon extra f 2,25 per week). Ter zake van den werktijd van personeel in continubedrijf, waartoe de stokers en machinisten behooren, wordt door den directeur nog het volgende onder onze aandacht gebracht 1) De eenvoudigste 4 ploegendienst is die, waarbij 6 uur per dag gewerkt wordt. Hierbij zijn geen reserves noodig, daar de Arbeidswet toelaat, dat deze dienst normaal verloopt. Deze 42-urige werkregeling acht hij echter niet in het belang van den werkman, omdat gedurende één van de 4 weken des nachts om 12 uur de werktijd eindigt en ook gedurende één van de 4 weken de werktijd des nachts om 12 uur aan vangt. Ook andere diensten met 42 werkuren zijn om hun on regelmatigheid niet in het belang van den werkman. 2) Om het bezwaar in 1) te ondervangen, is eene regeling met 8 urigen werktijd samengesteld, waarbij wekelijks resp. 40, 40, 40 en 48 uur wordt gewerkt (zie model B). Zooals hieruit blijken zal, wordt bijna eiken dag op anderen werktijd gewerkt, b.v. Maandag 62, Dinsdag 210, Don derdag 62, Vrijdag 210, Zaterdag 106, Zondag 106, Dinsdag 62, enz. enz, Deze onregelmatigheid in de werktijden moet ook eene zeer onaangename onregelmatigheid in het huishouden ver oorzaken, welke niet in het belang van den werkman en zijn gezin wordt geacht. Dit bezwaar kan bij een 42-urige werk week niet ondervangen worden. 3) Een derde regeling met 42-urige werkweek (model C) werd nog ontworpen, waarin om de andere week een rusttijd van 48 uur voorkomt, waarin de geheele Zondag is begrepen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 333