338
30 JUNI 1921.
De heer FEBER noemt de uitlating van den heer Haai
man hoogst onvoorzichtig. Spr. licht de zaak toe. Eenigen
tijd geleden op een Zaterdagmorgen huiswaarts keerende,
ontmoette spr. een werkman bij den dienst der beplantingen.
Spr. sprak hem aan en stelde hem de volgende vraag onder
beding dat hij die eerlijk zou beantwoorden „Wat doet ge
liever 45 of 48 uur per week werken De man antwoordde,
dat hij er verre de voorkeur aan gaf om 48 uur per week
te arbeiden, wijl hij dan 3 uur meer loon kon thuis brengen.
Een tweede werkman, welken spr. hierna op gelijke wijze
ondervroeg, antwoordde evenzoo. Daarbij is het gebleven.
Maandagmorgen d.a.v. vond spr. in de brievenbus een schrijven
geteekend door 12 werklieden bij den dienst der beplantin
gen, waarin deze hem verzochten zijn invloed te willen aan
wenden, opdat zij niet door een inkrimping van den werktijd
in hun belangen zouden worden geschaad. Bovendien hebben
nog dezen middag, toen spr. naar de Raadszitting ging,
gemeentewerklieden hem gevraagd een goed woord voor hen
te willen doen, ten einde de 48-urige werkweek te behouden.
Spr. heeft een en ander uitvoerig aangehaald, omdat eruit
blijkt, dat in arbeiderskringen omtrent deze zaak verschil
van gevoelen bestaat en er nog wel arbeiders zijn, die willen
werken. Hij meent dan ook, dat men die werklust niet mag
beknotten. Ten aanzien van het hem door den heer Haai
man ten laste gelegde, zegt spr. dat deze niet moet denken
het monopolie te bezitten om de arbeiders te ondervragen;
spr. wil ook wel eens zijn licht in die kringen opsteken, dat
is zijn goed recht. Ten slotte vraagt spr. zich af: wat wordt
nu in de vrije uren door de werklieden gedaan, komen die
uren ten goede aan het gezinsleven of de vervulling van
godsdienstplichten Spr. betwijfelt dat ten zeerste de men-
schen gaan in hun vrijen tijd clandestien werken, hetgeen
de werkloosheid bevordert. Spr. komt dan tot de volgende
conclusies dat de verkorting van den arbeidsduur i°. nieuwe
financiëele lasten van de gemeente zal vergen en 2°. strijdig
is met de wenschen der arbeiders.