362
8 AUGUSTUS 1921.
20 Juli 1921, G, no. 385, ten geleide van een afschrift van
het Koninklijk besluit d.d. 6 Juni j.l., no. 40, houdende
goedkeuring van het raadsbesluit van 31 Maart 1920, tot
onteigening van verschillende perceelen domeingrond.
5. Proces-verbaal van de op 27 en 28 Juni en 2 Juli j.l.
gedane kasopneming bij den boekhouder der licht- en water
bedrijven, waaruit blijkt, dat met inbegrip van de waarborg-
kas der muntgasverbruikers, in kas moest zijn een bedrag
van f 24.442,38, welk bedrag ook werkelijk aanwezig is be
vonden.
6. Proces-verbaal van de op 6 Juni j.l. gedane kasopne
ming bij den administrateur van het gemeentelijk pensioen
fonds, waaruit blijkt, dat de ontvangsten over 1921 (met
inbegrip van die over 1920 ad f 50.330,73) hebben bedragen
f 55.978,18 en de uitgaven (daarin begrepen die over 1920
ad f 46.603,17) f 55.942,85, zoodat in kas aanwezig moest
zijn een bedrag van f 35,33, welk bedrag ook werkelijk aan
wezig is bevonden.
7. Proces-verbaal van de op 6 Juni j.l. gedane kasopne
ming bij den gemeente-ontvanger, waaruit blijkt, dat de
ontvangsten over 1920 hebben bedragen f 5.927.704,25 en
over 1921 f 574.014,47s, samen f 6.501.718,72s en de'uit
gaven over 1920 f 4.166,165,84 en over 1921 f2.295.685,836,
samen f6.461.851,67s, zoodat het kassaldo bedraagt f 39,867,05,
welk bedrag overeenstemt met hetgeen in de kas is bevonden.
De heer FEBER meent hierbij te moeten opmerken, dat
het cijfer betreffende het batig saldo over 1920, zooals dit
door een der plaatselijke bladen uit dit proces-verbaal is
gedistilleerd, niet juist kan zijn.
8. Schrijven van den heer P. M. K u s e 1 b o s, houdende
mededeeling, dat hij zijne benoeming tot lid der commissie
tot wering van schoolverzuim aanneemt.