8 AUGUSTUS 1921. 379 de hypotheek niet meer zal bedragen dan 90 °/0 van het verschil tusschen de geschatte stichtingskosten en de ver leende premie, eventueel vermeerderd met de geschatte waarde van den grond. Voor woningen, die door den eige naar zelf zullen worden bewoond, zal de hypotheek niet meer bedragen dan 80 °/0 van bedoeld verschil eventueel vermeerderd met 80 °/0 van de geschatte waarde van den grond. De bouwpremie wordt door het Rijk uitbetaald door tus- schenkomst van het gemeentebestuur, zoodat de gemeente hiertoe alleen hare bemiddeling heeft te verleenen. Hypothecaire credieten worden door het Rijk aan de ge meente verleend, onder voorwaarde, dat de gemeente zich borg stelt voor de richtige betaling van rente en aflossing der hypotheken. Hieraan is derhalve voor de gemeente eenig risico verbonden, waartegenover staat de bevoegdheid der gemeente tot beslaglegging op het onderpand, indien de voorwaarden, waaronder de hypotheek wordt verstrekt, niet worden nagekomen. In navolging van vele andere gemeenten hebben wij de eer U derhalve voor te stellen ons te machtigen medewerking te verleenen tot het verkrijgen van bouwpremiën en het aan vaarden van hypothecaire credieten onder de voorwaarden, daartoe door den Minister van Arbeid vastgesteld of nader vast te stellen." De VOORZITTER geeft in overweging dit voorstel tege lijkertijd met punt 38 te behandelen. Daartoe wordt besloten. 31. Schrijven van den heer E. Bernard, havenmeester, verzoekende toestemming tot het ontruimen van zijne ambts woning, met prae-advies van Burgemeester en Wethouders, luidende als volgt „Van den heer E. Bernard, havenmeester, ontvingen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 379