8 AUGUSTUS 1921. 389 De heer CLEMENT wil den bouw aan een architect in Breda opdragen. De VOORZITTER geeft natuurlijk eveneens de voorkeur aan een Bredaschen architect, doch men dient er rekening mede te houden,Jdat men, zoo mogelijk, iemand moet hebben, die op het gebied van den bouw van laboratoria inzon derheid van de technische eischen, welke daaraan verbonden zijn zijne sporen heeft verdiend. De heer KORTEWEG geeft als zijne meening te kennen, dat alles wel te voren beklonken zal zijn. De VOORZITTER protesteert met klem tegen deze op vatting van zaken De heer LIJDSMAN ziet niet de noodzakelijkheid er van in om een architect buiten Breda aan te wijzen z.i. kan zeer zeker een architect te dezer stede voor den bouw in aanmerking komen. Het betreft hier slechts een 3» klasse bouwwerk. De heer CERUTTI vraagt of het niet mogelijk is het bouwplan door het bureau van Gemeentewerken te doen ontwerpen. De heer LIJDSMAN toont aan, dat zulks onmogelijk is. De VOORZITTER verklaart, dat rekening zal worden ge houden met de wenschelijkheid om een Bredaschen architect met het werk te belasten. Niemand der leden meer eenige bedenking heb bende, wordt het voorstel van Burgemeester en Wethouders alsnu zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 36. Adres van bewoners der Baronielaan over de brug, betreffende de electriciteitsvoorziening aldaar, met inlichtingen van Burgemeester en Wethouders van den volgenden inhoud

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 389