412
8 AUGUSTUS 1921.
ad bdat zij die rekening met de noodige bescheiden
heeft nagezien en accoord bevonden. Zij meent echter
te moeten opmerken, dat bijna alle rekeningen en
kwitanties boven de f 10,niet voor voldaan zijn
geteekend op plakzegel. Alleen maken daarop een
uitzondering de rekeningen der Gemeente, van de
Brandassurantie en van den deurwaarder, den heer
R e 1 i k.
ad c.) dat zij die begrooting heeft onderzocht en daarop
geen bemerkingen heeft, weshalve zij voorstelt haar
goed te keuren.
De VOORZITTER dankt de commissie voor het gehouden
onderzoek en de uitgebrachte verslagen en stelt voor, over
eenkomstig de conclusies daarvan, de onderwerpelijke re
keningen en begrooting goed te keuren.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De heer LIJDSMAN, Voorzitter van den Armenraad,
wenscht geacht te worden niet tot dit besluit, voor zoover
het den Armenraad betreft, te hebben medegewerkt.
Rondvraag.
1. De heer MEIJVIS had verwacht, dat de steunregeling
voor de „uitgetrokken" sigarenmakers, tegen een met 10%
verlaagd tarief van ondersteuning, ook na 30 Juli j.l. zou
worden voortgezet, ingevolge het raadsbesluit van 30 Juni
1921. Mocht daaromtrent echter nog verschil van meening
zijn, dan zou spr. in deze gaarne een uitspraak hebben van
den Raad, daar de uitkeering is stopgezet.
De VOORZITTER deelt mede, dat dezer dagen een des-
betreffend adres van eenige sigarenmakers is ingekomen,
hetwelk spoedshalve direct in handen is gesteld van de
commissie voor de werkloosheidsverzekering.