20 SEPTEMBER 1921. 443 Naar aanleiding van de verschillende verzoeken om voort zetting van steun aan „uitgetrokken" sigarenmakers, moet eerst vaststaan wat men onder „uitgetrokken" te verstaan heeft. Toen in Januari j.l. een advies uitgebracht werd aan Burgemeester en Wethouders omtrent een verzoek om steun aan „uitgetrokkenen", werd door de commissie éénstemmig vastgesteld, dat als „uitgetrokken" alleen te beschouwen waren, zij die in 1920 hun maximum-uitkeering uit de werkloozen kas getrokken hadden. Dat aantal stond vast en kon niet meer grooter worden. Dit was ook het punt van uitgang van den Minister, want in Januari 1921 konden er onmo gelijk reeds „uitgetrokkenen" zijn van het jaar 1921, Dit begrip van „uitgetrokken" zijn, is nimmer door den Minister gewijzigd. Wel is wijziging gebracht in het aantal weken dat steun uitgekeerd mocht worden en het bedrag daarvan. Nu beweren de organisaties, dat na 30 Juli 1.1. ook aan „uitgetrokken" tabaksbewerkers van 1921 ondersteuninjgjkan verleend worden. Doch in de ministeriëele circulaire waarin zij dit meenen te lezen (18 Juni '21) wordt wel weer wijzi- ging gebracht in het aantal weken waarover mag worden uitgekeerd, doch niet in het begrip wie „uitgetrokken" is. Wanneer de organisaties gelijk hadden, dan zou de grootst mogelijke ongelijkheid zijn geschapen. Een „uitgetrokkene" van 1920 zou dan slechts mogen ontvangen het door den Minister bepaalde aantal weken. Een „uitgetrokkene" van 1921 zou dan bovendien nog 15 weken uitkeering genoten hebben uit de werkloozenkas. Dit is eene ongelijkheid die niet strookt met den opzet van den Minister om eene uniforme steun regeling voor de tabaksbewerkers te maken. Het raadsbesluit van 30 Juni spreekt van verdere steun- verleening na 4 Juni in aansluiting aan de regeling van den Minister. Bij de voorbereiding van dat raadsbesluit was de circulaire van 18 Juni nog niet in het bezit van het gemeente bestuur. Het besluit om de regeling aan te passen aan ver dere regelingen van den Minister, betrof dus alleen de „uit getrokkenen" van 1920. Aan deze is dan ook, ingevolge de circulaire van 18 Juni, uitkeering na 30 Juli verleend.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 443