46 27 JANUARI 1921. „eeniging „de Baroniesche Hengelaars", alhier, te doen „plaats hebben. „Door den heer R. van den Bogaert-Segers zijn „hiertegen bezwaren ingebracht en wordt alsnog verzocht „om het gevraagde gedeelte aan hem te verpachten. Bij na- „dere overweging en na overleg met het Bestuur van „de „Baroniesche Hengelaars" is,.x>ns gebleken, dat ook aan het „verzoek van genoemden heer kan worden voldaan door „aan hem in pacht te geven het gedeelte in de rivier de „Mark, beginnende aan het jaagsschippershuis nabij het „dorp Terheijden onder de gemee'nte Princenhage en van „daar den loop dezer rivier volgende tot den oostelijken „hoek van den polder Zwartenberg. „Met eene verpachting als hiervoor bedoeld wordt de „zekerheid verkregen, dat het vischwater behoorlijk wordt „behandeld en een goede vischstand wordt bevorderd en „behouden. Voorts wordt met de verpachting aan de Ver- „eeniging „de Baroniesche Hengelaars" een goed sociaal „doel nagestreefd en behoeft deze voor eene geringe bijdrage „voor een ieder toegankelijke vereeniging geen twijfel te „doen rijzen omtrent de vraag of door een dusdanige ver pachting anderer belangen zouden worden geschaad. „De Vereeniging zal een pacht betalen van f 300.en „de heer van den Bogaert-Segers van f 50.per „jaar, een bedrag ongeveer gelijk aan hetgeen laatstelijk „uit deze bron der gemeente ten goede kwam. „Voor eene verpachting, als door de Vereeniging wordt „gewenscht, voor een termijn van 12 jaren is veel te zeggen, „omdat zij den vischtoestand zooveel doenlijk wenscht te „bevorderen, doch daarnaast de zekerheid wil hebben, dat, „wanneer de resultaten van de door haar aan te wenden „pogingen aan den dag treden, zij zelve daarvan de voor beden zal genieten. In dit verband is een termijn van 12 „jaren niet te lang te noemen. „Ook zal het noodig zijn, tot behoud van den goeden „vischstand, nu en dan met de zegen of een ander sóórt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 46