30 SEPTEMBER 1921.
473
echter zorgen, dat de bevolking van Breda voor knoeierijen
wordt gevrijwaard.
De VOORZITTER begint met te zeggen, dat hij den heer
Haaiman liever over vleesch dan over standbeelden hoort
spreken. Uit de rapporten heeft men kunnen lezen, dat de
vleeschinvoer is toegenomen. Niet altijd is de critiek juist,
die op de Bredasche vleeschprijzen wordt uitgeoefendwan
neer men die prijzen vergelijkt met Tilburg en andere steden,
dan zijn ze niet zoo abnormaal hoog. Op de prijslijst kan
men zich niet altijd beroepen men krijgt van de slagers toch
niet de volledige lijst, want zij berekenen de prijzen volgens
hun zeggen, naar de wijze van gereedmaken van het vleesch.
Zoo ontsnappen de prijzen aan de controle. Dientengevolge
is het moeilijk middelen tegen prijsopdrijving te beramen
vrijwel ^het eenige wat er tegen gedaan kan worden is zoo
veel mogelijk den invoer van het buitenlandsch bevroren
vleesch te bevorderen. Deze invoer bedroeg in Juli j.l. 3400
KG. en in de eerste 10 dagen van September reeds 4500
KG.men heeft daarmee dus wel succes. In dit verband
noemt spr. den winkel in de Halstraat, welke zich op eigen
verzoek onder controle der gemeente heeft gesteld en reke
ning houdt met de deskundige adviezen dezerzijds gegeven.
Deze onderneming loopt uitstekend, zoodat zij zich reeds ver
dubbeld heeft. Van een monopolie is hierbij geen sprake,
want er kunnen even goed andere vleeschverkoopers tot ons
komen met hetzelfde verzoek, hetwelk wij gaarne zullen in
willigen, daar er vele menschen door gebaat worden.
Voorts wijst spr. erop, dat de Vleeschkeuringswet tot
andere maatregelen zal dwingen. Wat de omliggende gemeen
ten betreft deze willen wel samenwerken en inderdaad is
een gezamenlijke keuringsdienst met Breda als centrum in
het zicht. Op het oogenblik wordt te dien aanzien overleg
gepleegd met den Inspecteur van de Vleeschkeuringswet
de zaak is dus op den goeden weg. Vanzelf zal dan als
hoofd van dien dienst een veearts optreden, die geen par-