476 30 SEPTEMBER 1921. hebben, dat het fooienstelsel in stand blijft, daar het hun gemiddeld wel 8 a 9 gulden per week oplevert. Verleden jaar toen enkele conducteurs voor andere diensten gebruikt werden, hebben zij een vergoeding van f 7,per week gevraagd voor het gemis van fooien. Dat was gedurende de wintermaanden spr. heeft echter wel eens vernomen, dat in den zomer soms f 13,per week aan fooien wordt gemaakt, en vindt dan ook de functie van tramconducteur voor een betrekking, welke geen vóóropleiding behoeft, goed betaald. Daar is overigens geen enkele conducteur, die naar een andere plaats solliciteert, wel het beste bewijs dat zij het hier niet slecht hebben. Onlangs moesten er twee conduc teurs ontslagen worden. De keuze is hard en moeilijk ge weest, daar allen uitstekend hun plicht deden, en ten slotte zijn degenen ontslagen, die het laatst waren aangesteld. Wanneer de heer B o g m a n s zijne motie handhaaft, zal spr. haar in stemming brengen, "Sdoch hij kan er niet aan medewerken haar bij den Raad aan te bevelen. De heer MOLL verklaart te behooren tot de minderheid van het College, dat niet haar goede hart laat meespreken, maar de billijkheid van een loonsverhooging inziet. Wat is nu een bedrag van f 2,per week Het zal slechts een meerdere uitgaaf van f 600,per jaar vorderen, daardoor komt het geheele bedrijf toch niet in 't gedrang. En al loopt het bedrijf niet mee, een behoorlijk loon mag het personeel toch niet onthouden worden. Spr. zal dan ook gaarne aan het tot stand komen van de door den heer Bogmans voorgestelde loonsverhooging medewerken. De VOORZITTER zegt, dat de heer Moll de meerdere kosten aan de loonsverhooging verbonden te laag voorstelt volgens spr. komen zij op een bedrag van f 1000,Voor dat bedrag moet men 20.000 tramkaartjes verkocht hebben. Bovendien houdt de heer Moll ook rekening met het fooien stelsel, anders zou f 25,per week niet voldoende zijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 476