542 22 OCTOBER 1921. verschillende drankgelegenheden vindt, waarop het tapverbod niet van toepassing kan worden verklaard. Wat dus in de eigen gemeente niet te verkrijgen is, kan men zonder veel moeite in de aangrenzende gemeenten be komen. Bovendien lokt de ondervinding in andere gemeenten op gedaan, niet tot navolging uit. Zijn de courantenberichten daaromtrent juist, dan kan niet gezegd worden dat het tapverbod daar verheffend werkt. Een ander niet te onderschatten bezwaar is het houden van een behoorlijk toezicht en het waken tegen overtreding van de gestelde verbodsbepaling. Breda telt ruim 100 drankvergunningen, zoodat zelfs een verdubbeld politietoezicht niet voldoende zou zijn om de meeste overtredingen bij den strafrechter te kunnen aanbren gen. Ook verlieze men niet uit het oog, dat Breda een centrum vormt van vreemdelingenverkeer, hetgeen nog meer tot uiting komt bij bijzondere feestelijkheden, waarop vreemdelingen hier eenige ontspanning komen zoeken. Wij achten het daarom niet gewenscht, dat ter wille van enkele slechte elementen, die zich op die dagen aan drank misbruik schuldig maken, een verbod wordt uitgevaardigd, dat, naar wij vreezen, toch niet te handhaven zal zijn. Resumeerende hebben wij de eer U derhalve voor te stellen op de adressen, welke ten doel hebben op Zaterdagen of gedurende de kermisweek een sluitingsgebod of een tapver bod uit te vaardigen, afwijzend te beschikken." Mevrouw NEVE-REINTJES kan zich ditmaal met het prae- advies vereenigen, omdat de ligging van Breda ten opzichte van de buiten-gemeenten, de menschen in staat stelt zooveel sterken drank te krijgen als zij maar willen. De VOORZITTER is er van overtuigd, dat alle leden tegen drankmisbruik zijn het is echter maar de vraag op welke wijze het te bestrijden. De ondervinding heeft geleerd, dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 542