556 22 OCTOBER 1921. 27. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij aanbiedende de ontwerp-begrooting der plaatselijke inkomsten en uitgaven, alsmede de ontwerp-begrootingen van inkomsten en uitgaven der navolgende instellingen en bedrijven, welke afzonderlijk worden beheerd, als a. het Burgerlijk Armbestuur, b. de Gasfabriek, c. de Waterleiding, d. het Electriciteitsbedrijf, e. het tijdelijk Trambedrijf en de Bank van Leening, alle voor den dienst 1922 en vergezeld van de noo- dige inlichtingen en bescheiden. De VOORZITTER zegt, dat deze begrootingen met de memoriën van toelichting bereids in druk zijn gegeven en later een exemplaar daarvan aan ieder der leden zal worden toegezonden. De heer CERUTTI dringt op een spoedige toezending aan. De VOORZITTER Dat hebben wij zelf niet geheel in de hand De heer HAALMAN verzoekt dringend de begrooting dit maal niet einde December te behandelen, doch eerder b.v. einde November. Spr. wijst in dit verband op de vele belang rijke onderwerpen, welke nog vóór het einde van dit jaar behandeld moeten worden, zooals de schoolgeldregeling, de herziening der loonen van het gemeente-personeel enz. De VOORZITTER is ervan overtuigd, dat de wensch om de begrooting zoo spoedig mogelijk in behandeling te nemen' allerwege gesteund wordt en stelt voor, dat de Raad, evenals vorige jaren, zich verdeele in drie afdeelingen tot onderzoek van gemelde begrootingen, met dien verstande, dat de Wet houders niet aan de loting zullen deelnemen, doch respectie-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 556