572 4 NOVEMBER 1921. van gemeente-personeel collectieve contracten hebben afge sloten. Ten slotte doet spr. een voorstel, waarbij hij den Raad in overweging geeft uitspraak te doen in den geest van het adres. Den heer MOLL spijt het, niet met den heer M e ij v i s te kunnen meegaan. Wij hebben nu de plaatselijke com missie voor georganiseerd overleg gekregen, waarin in de toekomst verschillende zaken behandeld zullen worden werd nu de weg ingeslagen, welken het adres aangeeft, dan zou hier dus een schakel worden tusschen geschoven. Spr. deelt dan ook geheel de meening in het prae-advies gehuldigd en meent, dat ten volle aan de wenschen van den heer M e ij vis wordt tegemoet gekomen door het plaatselijk ge organiseerd overleg. De heer KORTEWEG wijst er op, dat de Vereeniging van Ned. Gemeenten niet in overleg wenscht te treden met het A. C. O. P. Al zou dus de Raad een beslissing nemen in den zin als het adres beoogt, dan zouden we er toch niets mee opschieten. De heer HAALMAN moet naar aanleiding van het gezegde van den heer Korteweg de opmerking maken, dat deze blijkbaar niet precies de bedoeling van het adres heeft be grepen. Het A. C. O. P., de vertegenwoordiger der vakorga nisaties, zoekt een centraal lichaam dat namens en voor de gemeentebesturen optreedt, om daarmede in geregeld overleg te treden. Dien vertegenwoordiger der gemeente^denkt het gevonden te hebben in de Vereeniging van Ned. Gemeenten. Deze vereeniging heeft echter gemeend niet het daarvoor aangewezen lichaam te zijn. Spr. deelt die meening, in tegen stelling met zijn partijgenoot M e ij v i s. Hij zal niet de ver schillende redenen uiteenzetten, welke hem tot die overtui ging hebben gebrachtzulks zou te veel tijd vorderen. De vakorganisaties beoogen met dit adres een beroep op de gemeenten te doen ten einde voornoemde Vereeniging alsnog

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 572