9 DECEMBER 1921. 60 x Vóór stemden mevrouw N e v e-R e i n t j e s en de heeren Korteweg, Me ij vis, Haaiman, Hornix, Cerutti, van Zweden, Cohen, van Dijk, Bogmans, Kluft en Clement. Tegen waren de heeren F e b e r, L ij d s m a n, Moll, Schrauwen en van Groenendael. De VOORZITTER constateert, dat de Raad door deze uitspraak heeft te kennen gegeven de vergoeding voor het bezit van het politie-diploma als deel van het salaris te be schouwen. 15. Geloofsbrieven van de nieuwbenoemde raadsleden dr. P. A. B o s s e r s en A. W. O o s t v o g e 1 s. De VOORZITTER geeft in overweging deze stukken ter fine van onderzoek en rapport te stellen in handen eener commissie van drie leden. Hiertoe besloten zijnde en op verlangen van den Raad, dat de Voorzitter deze commissieleden zal aanwijzen, worden door hem als zoodanig benoemd de heeren Van Dijk, Van Groenendael en mevr. Ne ve-Re i n tjes Deze commissie zich tot dat einde verwijderd hebbende, wordt de vergadering voor eenige oogenblikken geschorst. Na heropening der vergadering, rapporteert de commissie, bij monde van den heer Van D ij k, dat zij de overgelegde stukken in orde heeft bevonden, weshalve zij adviseert te besluiten tot toelating van de heeren Bossers en Oost vogels. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking te kennen gevende, noch stemming verlangende, wordt conform het rapport besloten de heeren dr. P. A. Bossers en A. W. Oostvogels toe te laten als lid van den Gemeenteraad.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 601