674
19 DECEMBER 1921.
Wij moetan thans afzien van meerdere verhooging der markt-
gelden. In het Centraal Rapport van het afdeelingsonderzoek
der begrooting 1922 wordt gesproken van ingrijpende ver
anderingen, welke misschien in het marktwezen zullen moeten
plaats hebben. Een en ander kan wellicht aanleiding geven
om deze verordening binnenkort weer eens te herzien.
De verordening op de heffing van marktgelden wordt hier
op, met inachtneming van de bovengemelde aanvulling van
artikel 2, goedgekeurd en vastgesteld.
De invorderingsverordening wordt onveranderd goedgekeurd
en vastgesteld.
Verordening op de heffing van liggelden.
Artikel I, sub 1.
De heer CERUTTI vraagt, wat de bedoeling is van de
uitdrukking„voor elke 1000 K.G. laadvermogen." Indien
wordt bedoeld, dat ook een gedeelte daarvan belastbaar is,
dan moet er dat ook bijstaan.
De VOORZITTER zegt, dat het artikel in dien zin zal
worden aangevuld.
Artikel 1, sub 2.
De heer CERUTTI vraagt, wat onder booten en sloe
pen moet worden verstaan.
De VOORZITTER verklaart, dat het de bedoeling is roei-
booten en vischsloepen vrij te stellen het artikel zal aldus
verduidelijkt worden.
De heer HORNIX vraagt of Sint Nicolaas ook liggeld
moet betalen, als hij komt.