29 DECEMBER 1921 van de tramconducteurs (aangehouden in de vorige verga dering), luidende als volgt ,,In Uwe vergadering van 30 September j.l. werd eene motie aangenomen van Uw medelid, den heer B o g m a n s, waarin de meening werd uitgesproken, dat de billijkheid vordert, dat vanaf 1 October j.l. het loon der tramconducteurs worden gebracht van f 23,op f 25,per week. Na ernstige overweging heeft ons College gemeend aan deze motie geen uitvoering te moeten geven, omdat de mid delen, waaruit die meerdere uitgaven zouden moeten worden bestreden, niet zijn aangewezen en bovendien ontbreken. Het trambedrijf werkt nu reeds met verlies en dit verlies zou slechts worden verhoogd, indien de loonen der conduc teurs, die overigens op een behoorlijk peil staan, nog meer werden opgevoerd. Bovendien komt het verlies voor een deel ten laste der gemeenten Ginneken en Teteringen en het zou ons inziens onoirbaar zijn, die gemeenten te stellen voor hoogere uitgaven zonder dat de strikte noodzakelijkheid daarvan gebleken is." De VOORZITTER wil dit punt bij de begrooting voor het tijdelijk trambedrijf behandelen en vraagt of de heer B o g m a n s daartegen geen bezwaar heeft. De heer BOGMANS wenscht alleen dit te zeggen, dat deze mededeeling hem niet bevredigt. Hij zal er nader op terugkomen bij de behandeling van de begrooting voor het tijdelijk trambedrijf. Alsnu wordt besloten de behandeling van dit punt aan te houden. 10. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op het verzoek van N. Gerritzen, eervol ontslagen concierge aan de Ambachtsschool en oud-portier aan de Avondschool voor ambachtslieden, om toekenning van aanvullingspensioen. Dienovereenkomstig wordt besloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 703