29 DECEMBER 1921.
11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om hen
te machtigen tot onderhandsche toewijzing aan den stoom-
carousselhouder H. Wolfs van een staanplaats op de ker
missen in deze gemeente in de jaren 1922, 1923 en 1924,
tegen een jaarlijksche pachtsom van f 4466,67.
Daartoe wordt besloten.
12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wijzi
ging van de verordening, regelende de belooning van het
onderwijzend personeel aan de Handelsavondschool.
De VOORZITTER licht het voorstel nader toe en zegt,
dat het hier wijzigingen betreft van uitsluitend ondergeschik
ten aard, welke er in worden aangebracht op verlangen van
den Minister van Onderwijs.
Zonder bedenkingen wordt conform het voorstel
van Burgemeester en Wethouders besloten.
13. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wijzi
ging van de verordening op de schoolgeldheffing voor lager
onderwijs luidende als volgt
„De in Uwe jongste vergadering vastgestelde verordening
betreffende de schoolgeldheffing voor lager onderwijs bevat
eene bepaling, dat onder uitgebreid lager onderwijs mede
wordt verstaan het meer uitgebreid onderwijs, zooals dat
gegeven wordt in de zoogenaamde M. U. L. O.scholen en wel
te beginnen met het eerste leerjaar.
Nu met 1 Januari a.s. de openbare M. U. L. O.school wordt
gesplitst en de nieuwe school aan de Oude Vest wordt ge
opend als eene zoogenaamde „Kopschool", zullen de leer
lingen, welke tot de eerste zes leerjaren behooren, onder de
schoolgeldregeling voor het gewoon lager onderwijs vallen.
Ditzelfde zal eveneens het geval zijn bij de bijzondere
M. U. L. O.scholen, zoodra ze gesplitst worden en aan die
scholen eene afzonderlijke kopschool wordt gevormd voor de